PinguinPinguïns zijn vogels met vinnen.

Pinguïns zijn vogels die niet kunnen vliegen. Ze hebben sterke vinnen in plaats van vleugels. Op het land lopen ze rechtop, grappig waggelend als clowntjes. Maar in de sneeuw kunnen ze harder rennen dan een mens. Op het ijs glijden ze op hun buik. Ze zetten zich af met hun poten en vleugels en lijken net snelle sleetjes.Pinguïns zijn kampioenen in zwemmen en duiken. Het lijkt alsof ze door het water vliegen. Snel als raketten jagen ze achter vissen aan. Ze zijn helemaal aangepast aan het leven in de zee. Ze hebben 'roeivleugels'en 'stuurpoten'. En ze zijn fraai gestroomlijnd. Soms duiken ze als dolfijnen boven en onder water. Als ze boven water komen halen ze adem terwijl ze keihard doorzwemmen. Keizerpinguïns kunnen meer dan 250 meter diep duiken om hun prooien te vangen. Hoe dat kan begrijpt niemand. Kleinere pinguïns jagen meer aan de oppervlakte van het water. Omdat Antartica bijna helemaal bedekt is met ijs, is er niet veel eetbaars te vinden. Maar in zee krioelt het van het voedsel! Het wemelt er van drijvende mini-plantjes en mini-diertjes, mini-kreeftjes, vissen en zeewier. Pinguïns halen dan ook al hun eten uit het water. Ze vangen vooral mini-kreeftjes, vissen en inktvissen. Alle pinguins drinken zoet en zout water en als het nodig is 'drinken' ze sneeuw.